Zeldzame aandoeningen die de voortplanting ondergraven

Het syndroom van Turner en de pre-implantatiegenetische diagnostiek

Back to the news
maladies rares

Voor zeldzame aandoeningen is een complete, unieke aanpak nodig. In het H.U.B worden de endocriene aandoeningen in de voortplanting vanaf de jongst mogelijke leeftijd aangepakt met de expertise van de pediatrische dienst endocrinologie van het Kinderziekenhuis; vanaf de volwassenheid neemt het Erasmeziekenhuis de opvolging over via de teams van de diensten Endocrinologie en Gynaecologie-Verloskunde. Deze verschillende expertises en multidisciplinaire samenwerking binnen de groep maken het mogelijk continuïteit te garanderen in de opvolging van deze aandoeningen en tegemoet te komen aan de diverse patiëntbehoeften. Vermits het H.U.B een academisch ziekenhuis is, neemt onderzoek een belangrijke plaats in. Dat blijkt ook uit de vele publicaties en theses, nu en in het verleden, rond genetica, onvruchtbaarheid en zeldzame aandoeningen in de voortplanting. Om al die redenen heeft het H.U.B jaren geleden al de accreditatie gekregen van het Endo-ERN (European Reference Network on rare endocrine conditions), het Europese referentienetwerk voor zeldzame endocriene aandoeningen.

Een voorbeeld: het syndroom van Turner

Een van deze zeldzame pathologieën is het syndroom van Turner, een genetische aandoening die wordt gekenmerkt door het totale of gedeeltelijke ontbreken van een van beide X-chromosomen: men spreekt van totale monosomie of X-chromosoomdeletie. In sommige gevallen ontbreekt het X-chromosoom slechts in een deel van de cellen van het organisme: dit heet mozaïcisme. De belangrijkste klinische verschijnselen van het syndroom van Turner zijn een kleine gestalte en het uitblijven van de ontwikkeling in de puberteit, in combinatie met disfunctie van de eierstokken en onvruchtbaarheid indien geen gespecialiseerde behandeling wordt gestart. Andere organen worden vaak aangetast, vooral het cardiovasculaire systeem, met in bijna een derde van de gevallen een hartafwijking, endocriene complicaties zoals diabetes en hypothyreoïdie, naast KNO-problemen die vaak gepaard gaan met gehoorverlies. De H.U.B-specialisten van deze pathologie hebben daarom een Turner-platform opgericht dat gynaecologen van de Fertiliteitskliniek, endocrinologen, cardiologen, KNO-specialisten en genetici verenigt om patiënten een geïndividualiseerde en hypergespecialiseerde behandeling te kunnen aanbieden tijdens één enkel bezoek aan het Erasmeziekenhuis.

Binnen het H.U.B werden reeds een honderdtal patiënten met het syndroom van Turner op multidisciplinaire wijze behandeld. De vrijwaring van de vruchtbaarheid op zeer jonge leeftijd bij deze jonge patiënten wordt bestudeerd in samenwerking met het team van pediatrische endocrinologie van het Kinderziekenhuis.

Pre-implantatiegenetische diagnostiek 

Aan een koppel met een kinderwens, van wie één partner drager is van een erfelijke genetische aandoening, wordt meestal pre-implantatiegenetische diagnostiek (PGD) voorgesteld als alternatief voor de prenatale diagnose, zelfs bij een normale vruchtbaarheid.

PGD impliceert noodzakelijkerwijze een in-vitrofertilisatie, waarbij de verkregen embryo’s worden gebiopteerd en geanalyseerd op de gezochte genetische afwijking. De embryo’s worden hierbij in vitro getrieerd, zodat alleen embryo’s die vrij zijn van de geteste genetische afwijking, worden teruggeplaatst in de baarmoeder. 

Voor het koppel komt het er uiteraard op aan hun kindje te vrijwaren van de pathologie waaraan een van de ouders lijdt. De pasgeborene zal (bij recessieve genetische ziekte) hetzij niet-drager, hetzij gezonde drager zijn voor de ziekte in kwestie. In andere situaties kan een van de partners in het koppel gezonde drager zijn van een translocatie (wederzijdse uitwisseling van genetisch materiaal tussen twee chromosomen) of van een andere chromosoomherschikking.

Bij de productie van gameten (eicellen of spermatozoïden) kan de translocatie al dan niet worden overgedragen; als ze wordt overgedragen kan dat in een gebalanceerde toestand zijn (zoals bij de ouder die drager is), of in een niet-gebalanceerde toestand. Als in het embryo en de foetus ongebalanceerde translocaties aanwezig zijn, zoals trisomie, zijn dat mogelijke oorzaken voor niet-inplanting of miskraam. Deze situaties kunnen dus bijdragen tot onvruchtbaarheid, of herhaaldelijk miskramen veroorzaken, maar ook, bij levensvatbare ongebalanceerde translocatie, leiden tot ernstige genetische ziekten (met meerdere misvormingen en mentale achterstand). Met PGD (pre-implantatiegenetische diagnostiek) is het voor deze koppels mogelijk om eventuele chromosoomafwijkingen te diagnosticeren in embryo’s die werden verkregen via een in-vitrofertilisatiecyclus, en dan enkel embryo’s in te planten die géén óf evenwichtige drager zijn van de onderzochte chromosoomafwijkingen.

Het PGD-programma vergt nauwe samenwerking tussen de dienst Genetica en de Fertiliteitskliniek van de dienst Gynaecologie-Verloskunde. Dankzij geregelde transdisciplinaire vergaderingen kunnen behandelingen worden voorgesteld aan de koppels die een PGD vragen. Voor een reeks genetische aandoeningen met een impact op de gezondheid van de toekomstige moeder, is het verloskundig team ook betrokken bij de begeleiding van de koppels in hun ouderschapsproject, opdat de zwangerschap in de best mogelijke omstandigheden verloopt.

In het Erasmeziekenhuis werd reeds in 1999 een eerste PGD uitgevoerd. Vandaag, 25 jaar later, zijn al bijna 400 PGD-cycli gerealiseerd bij ruim 200 koppels. De cijfers stijgen steeds sneller, net zoals de expertise, parallel met spectaculaire doorbraken in de diagnostiek van genetische ziekten dankzij de snelle sequentiemethoden die toegang geven tot PGD.

Het Erasmeziekenhuis is momenteel het enige Franstalige centrum in België dat de complete expertise van PGD aanbiedt binnen eenzelfde ziekenhuis, van embryobiopsie tot genetische analyse.